Door LTO Nederland
Sinds de eerste blauwtongbesmetting midden juni worden er vanuit het oosten en zuiden van Nederland meer meldingen gedaan van nieuwe blauwtongbesmettingen. Bij zowel schapen als runderen wordt het virus aangetoond en laten de eerste onderzoeken zien dat we nog altijd te maken hebben met het blauwtongvirus serotype 3 (BTV-3). Vaccinatie wordt gezien als beste manier om dieren te beschermen. Momenteel zijn er drie vaccins tegen BTV-3 goedgekeurd. In eerste instantie zijn vooral schapen gevaccineerd, omdat het blauwtongvirus bij schapen de grootste welzijnsschade aanricht. Maar ook steeds meer runderen worden gevaccineerd. Dit is van belang om de verspreiding van het virus te beperken. In een infographic heeft LTO, in samenwerking met KNMvD, CPD en de Faculteit diergeneeskunde van Universiteit Utrecht, inzichtelijk gemaakt wat goed is om te weten bij het vaccineren van runderen.
Belang van vaccineren
De Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) heeft een prevalentiestudie uitgevoerd om een beeld te krijgen van het aantal rundveebedrijven dat in het afgelopen najaar besmet is geraakt met BTV-3. Prevalentie betekent het percentage ziekte in een populatie op een gegeven moment. Ruim de helft van de Nederlandse melkveebedrijven is toen al in contact gekomen met het virus. Echter, op veel van de bedrijven is het percentage runderen met antistoffen nog beperkt. Daarbij ligt het percentage kalveren en jongvee met antistoffen mogelijk nog lager, aangezien zij minder buiten zijn geweest in het najaar van 2023 en daarmee minder met het blauwtongvirus in aanraking zijn gekomen. De resultaten onderschrijven het belang van vaccineren.
Vaccineren bij rundvee
Voor alle vaccins is in het kader van de toelating aangetoond dat ze het aantal virusdeeltjes in het bloed verminderen, waardoor (ernstige) ziekteverschijnselen worden beperkt en sterfte in veel gevallen wordt voorkomen. Echter, geen enkel vaccin biedt 100% bescherming. Runderen hebben twee doses van het vaccin nodig. Het duurt na de tweede dosis nog vier weken voordat de dieren optimaal beschermd zijn. Heeft u als veehouder vragen over de kosten van het blauwtongvaccin? Bespreek dit met uw dierenarts.
Bijwerkingen melden
De bijwerkingen, zoals gemeld in de bijsluiters van de vaccins, zijn mild en verdwijnen vanzelf na enkele dagen tot weken. Onverwachte bijwerkingen, zoals ernstige ziekte en sterfte van dieren evenals mogelijk verminderde werking van het vaccin, kunnen voorkomen en dienen gemeld te worden. De veehouder kan dit bij de dierenarts aangeven. De dierenarts is vervolgens verplicht om de bijwerking binnen 15 dagen te melden bij het Bureau Diergeneesmiddelen. Als veehouder kun je ook rechtstreeks een melding maken.
Financiële gevolgen
Ondernemers die te maken krijgen met blauwtong op hun bedrijf ondervinden niet alleen emotionele, maar ook financiële gevolgen, bijvoorbeeld door verminderde melkproductie bij zieke melkkoeien of sterfte. De extra kosten en verliezen zijn momenteel nog niet exact in te schatten.
Ook kunt u raadplegen: https://www.lto.nl/waarom-vaccineren-tegen-blauwtong-bij-runderen/