Maar al te vaak wordt, wanneer het over de geschiedenis van Bolsward gaat, de rol van Pater Brugman bij het tot stand komen van het stadboek van 1455 behoorlijk overdreven. Eigenlijk zijn pas de laatste decennia door historici duidelijke vraagtekens gezet bij de invloed die deze geestelijke zou hebben gehad op het boek dat symbool zou staan voor het officieel erkennen van de Friese plaats Bolsward als stad. Uit recente litteratuur blijkt dat de rol praktisch nihil is geweest. De bronnen vermeld ik onderaan dit artikel.
Conclusie
Het mag duidelijk zijn: de concrete inbreng van Pater Brugman op het Bolswarder stadboek van 1455 (in 1479 gevolgd door een herziene en meer wereldse uitgave) zal zeer beperkt zijn geweest. Met de wetenschap van nu kan ik volledig onderstrepen wat dr. F.A.H. van den Hombergh mij tijdens een telefoongesprek in 2006 meedeelde:
‘Het kan ook wel eens zo geweest zijn dat de opsteller van het stadsrecht de naam Brugman in de inleiding gebruikt heeft om het geschrift een groter aanzien en gewicht te doen geven dan op basis van een daadwerkelijk advies gerechtvaardigd is!‘
Wie daarbij beide stadboeken plaatst tegen het licht van de plaatselijke politieke en religieuze context waarbinnen deze geschreven werden, zal de conclusie dat de hier nauwelijks drie maanden vertoevende Observant Brugman een hooguit zeer summiere bijdrage kan hebben geleverd aan het opstellen van het plaatselijk recht in 1455, wel moeten beamen. Een daadwerkelijke inbreng zal niet plaatsgevonden hebben. Hooguit zal het noemen van zijn naam in de aanhef beoogd hebben indruk te maken op de laatmiddeleeuwse gelovigen van de stad Bolsward: de religieuze sleutel tot gehoorzaamheid aan het werelds bestuur.
Het is daarbij goed om de ontwikkelingen tijdens de tweede helft van de 15e eeuw in Bolsward in ogenschouw te nemen. Er ontbrandde namelijk een felle strijd tussen het landadelijke geslacht van de Juwinga’s (Jongema’s, Vetkopers) onderling, en ook tussen de plaatselijke groepen die een voorkeur hadden voor Schieringers dan wel Vetkopers (die scheidslijnen liepen dooreen, zowel tussen geestelijkheid, landadel en burgerij), waaruit een machtsverschuiving plaatsvond tussen kerk en burger, dan wel hoofdelingen. Het is bovendien goed om op te merken dat pater Johannes Brugman, de streng orthodoxe geestelijke, een volksprediker was die door zijn welbespraaktheid en de inhoud van zijn preken (die op de emotie leunden) bij grote delen van de bevolking waarvoor hij sprak, zeer populair was. Ook die populariteit onder burgers zal gebruikt zijn om het volk te overtuigen van het belang van de keuren. En dat geschiedde door in de aanhef van het Bolswarder stadboek uit 1455 zijn naam te gebruiken:
‘Inden name des Vaders ende des Soans ende des Heylighen Gheestes, Amen. Dit sint die punten ende articulen des rechtes inder stadt Boelswaert, ghemaect by raede ende consente des eerbaren vaders Johannis Brugman ende der priesteren. Der schepenen, ende der raedsluijden ende bij consente der sesendedartich ende der gemene meente van Boelswaert, int jaer ons Heren MCCCCLV.
In 1479 (!) al was de naam van de welbespraakte Brugman uit de keuren die het stadboek vormden geheel verdwenen!
Dit stadboek toont aan dat de macht van de geestelijken verder is afgenomen en die van met name de stadshoofdelingen de overhand krijgt, waaronder de machthebber en grootgrondbezitter Juwenga (Jongema), wonend in de centraal gelegen stins op de hoek van de Kerkstraat en de tegenwoordige Jongemastraat, de plek van de bestuurswierde. Ook in dat stadboek van 1479 (i,t,t, dat van 1455, waarin de naam helemaal niet genoemd wordt) wordt de familie Juwenga gekoppeld aan machtige bestuursfuncties binnen het stadsbestuur van de stad.
Hoe het precíes zit met Brugman in de rol van raadgever van de Bolswarder magistraat weten we dus niet. Wel weten we dat zijn, overigens tamelijk korte en vruchteloze, bezoek aan Bolsward om de wat al te vrije Franciscanen in het Broereklooster de strenge regels van de Observanten bij te brengen, ook resulteerde in het gebruiken van zijn naam door het stadsbestuur bij het op schrift stellen van plaatselijke regels. Dat mag overigens in het Bolsward van destijds geen verbazing wekken, hoewel in andere stadsrechtgeschriften invloed van de geestelijkheid op de wereldlijke keuren nauwelijks of meest helemaal niet te lezen is, ook in Friesland niet.
In de kleine kern Bolsward, waar Franciscanen en landadel al eerder overeenkomsten sloten en waar het stadsbestuur gebruik maakte van het klooster om bijeenkomsten te houden, zal er over en weer contact zijn geweest en zullen geestelijken geprobeerd hebben om zich te mengen in de regels. Want tijdens, en nog enige tijd na, de komst van Brugman waren Bolswarder Minderbroeders wel degelijk gevoelig voor de strenge leer die Jan Brugman predikte! En ook zal de roem van de Pater hem vooruitgesneld zijn en de leden van het stadsbestuur waarschijnlijk beïnvloed hebben. En bovendien, die strengheid in de leer kwam het stadsbestuur goed uit: in de keuren moesten immers orde- en tuchtregels worden vastgelegd, en daarvoor kwam Brugman als geroepen, al wist hij dat zelf niet.
© Willem Haanstra
De eerdere vier delen:
Bronnen:
- Schriftelijke en mondelinge mededelingen van dr. F.A.H. van den Hombergh;
- dr. F.A.H. van den Hombergh: Pater Brugman in Bolsward;
- dr. F.A.H. van den Hombergh: Leven en werk van Jan Brugman;
- Vincent Robijn: Het recht van een vrije Friese stad (de stadboeken van Bolsward, 1455 en 1479);
- H.T.J. Miedema: Bolsward en Bolswarder namen in oudfriese bronnen;
- H.A.M. Andela: Bolsward, Zeven Eeuwen Minderbroeders;
- Peter van Thabor: Historie van Vrieslant
- O.A.B. (Oud Archief Bolsward)
- Sipma: oud-Friese oorkonden;
- W. Haanstra: De Beul van Bolsward