Nog maar kortgeleden staan PvdA-burgemeester Jannewietske de Vries en CDA-wethouder Petra van den Akker in een bloemetjesjurk fraai op de foto bij een bloeiende Japanse kers bij YKK, de Japanse ritsenfabriek in Sneek. Na de geslaagde fotosessie besluiten ze de jurken beschikbaar te stellen aan boerinnen, die tot de bedelstaf zijn veroordeeld vanwege een serie faillissementen van boerenbedrijven aan De Lege Geaen. Tijdens een verloting van de jurken op vrijdagavond 11 april in dorpshuis De Trilker in Poppingawier begint de ophef.
Enkele tientallen boerinnen zijn bij de verloting aanwezig, die precies om 20.30 uur begint. Er is geen enkele vrouw met de auto gekomen, omdat er geen geld meer is voor benzine. Zo nijpend is de financiële situatie van de boerengezinnen aan De Lege Geaen.
Dorpsomroeper Geale-Rinke regelt en presenteert de loterij. De aanwezige boerinnen trekken een briefje met een nummer uit een melkemmer, die vroeger werd gebruikt op een boerderij. Bij de bekendmaking van het winnende nummer ontstaat een enorm rumoer in de zaal. Er blijken namelijk maar liefst drie boerinnen het winnende nummer 7 in bezit te hebben. En Geale-Rinke is – begrijpelijkerwijs- volledig de kluts kwijt.
De drie boerinnen voelen zich belazerd, lopen De Trilker uit en fietsen boos naar huis. Na veel geharrewar en het vervangen van Geale-Rinke door zijn tweelingbroer Hotse-Oene, wordt besloten tot een tweede lotingsronde, die gelukkig wel goed verloopt. Boerin Gaaske-Beitske wint en krijgt de bloemetjesjurk van burgemeester De Vries onder luid applaus overhandigd.
Hotse-Oene slaagt erin de verloting van de bloemetjesjurk van wethouder Van den Akker snel en kundig te laten verlopen. Boerin Pietsje-Annemarintsje wordt de vrolijke eigenaar van de eerder door de CDA-wethouder gedragen jurk.
Winnares Gaaske-Beitske stelt op zaterdagochtend 12 april onder koffietijd dit mediapodium op de hoogte dat de gewonnen bloemetjesjurk van burgemeester De Vries gekrompen en rafelig uit de wasmachine is gekomen. Gaaske-Beitske overweegt een klacht in te dienen bij een kledingbureau, dat aan de gemeente Súdwest-Fryslân is gelieerd.
De oudste dochter van Pietsje-Annemarintsje zet op de vroege zaterdagmorgen de schaar in de bloemetjesjurk van mem. Het brave kind van nog geen tien jaar verkeert in de veronderstelling dat de jurk bedoeld is voor nieuw te maken kleertjes voor haar poppen. Gelukkig ziet Pietsje-Annemarintsje de humor er van in, maar heel stilletjes laat ze achter de lege stal – want de koeien zijn noodgedwongen verkocht – ook een traan.
Wiebe Dooper