(tekst: column J.Th.J. van den Berg op Parlement.com)
Dezer dagen komt opnieuw de herinnering terug aan de wijze woorden die Jelle Zijlstra i tijdens de kabinetscrisis van 1966 sprak tot informateur Norbert Schmelzer i: ‘Eerst de verplichte figuren, Norbert, en dan pas de vrije Kür’1). (Het was de glorietijd van kunstschaatster Sjoukje Dijkstra.2) Het zijn woorden die ook informateur Kim Putters zich moet aantrekken maar die hem ook de vereiste bewegingsvrijheid verschaffen.
Putters zal als verkenner van vooraf aan moeten beginnen. Dit betekent dat hij een serieuze poging moet doen “de mogelijkheden af te tasten van een kabinet met de PVV”2), zoals ik het ook al schreef in 2017, te beginnen met een normaal meerderheidskabinet. Als dat niet blijkt te kunnen, behoort hij de mogelijkheden van een alternatief even serieus te onderzoeken. Dat zou dus een coalitie zijn met GroenLinks-PvdA als kern. Blijkt ook dat onmogelijk, dan ontstaat pas de mogelijkheid alternatieven te onderzoeken – ‘de vrije Kür’ – met slechts een minderheid aan steun in de Tweede Kamer of met eigensoortige vormen van relatie tussen kabinet en Tweede Kamer. Deze ‘verplichte figuren’ zijn nodig “om niet nodeloos een overgevoelig geworden bevolkingsgroep van de parlementaire politiek verder te vervreemden”, zoals ik het in 2017 formuleerde3).
Leest u verder via: Nogmaals: de verplichte figuren – Parlement.com