De Gysbertstêd Bolsward telt maar liefst 79 rijksmonumenten op een relatief beperkt oppervlak. We gaan er wandelend, fietsend of rijdend aan voorbij, vaak zonder te weten dat je een monument passeert of zelfs betreedt. Met name de binnenstad, beschermd stadsgezicht, staat er vol mee. Zo mag je de Grote Dijlakker, met 19 monumenten als diamantjes aaneengeregen, wel de parelketting van de stad noemen. Buiten die oude kern staan nog meer monumenten: molens, we weten het niet eens, en dan die fraaie Monsma State aan de Franekerstraat. Laten we de blik nu eens richten op die wonderlijke samensmelting van wel heel aparte monumenten: het Julianapark.
1913
Najaar van 1913. Door heel Nederland, met de dreiging van Wereldoorlog I als een steeds donkerder wordende wolk boven Europa, vierde men de Onafhankelijkheidsfeesten. Het was immers 100 jaar geleden (november 1813) dat Nederland zich wist te ontworstelen aan de Franse overheersing en als zelfstandig bestuurd land verder kon. Ook in Bolsward was men daar al enige tijd over bezig. De raadsverslagen bieden weliswaar weinig houvast, maar buiten de plaatselijke bestuurslagen om was er zeer serieuze aandacht voor dat honderdjarige feest.
Er was een jaar daarvoor, 1912, al een Feestcommissie opgericht waarin bekende notabelen van de stad zitting hadden.
Er volgden talloze vergaderingen. Twistpunten waren: wat doen we, wie betaalt dat en, vooral, hoe kunnen we dat jubileumcadeau blijvend laten zijn. Even talloos waren de mogelijke plannen en, vervolgens, wie steunde wat en waarom. Ze kwamen er maar niet uit. In het gedeelte over ‘het parkontwerp’ zal ik een enkele van die plannen kort nader toelichten.
Het was niet alleen tijdens de bijeenkomsten van die Feestcommissie waarin plannen werden geopperd, maar buiten de vergaderingen om werden meningen en ideeën uitgewisseld tussen de invloedrijke Bolswarders onderling.
Ondertussen naderde de datum waarop duidelijkheid vereist was, november 1913, snel.
Het feest kon beginnen
Op dinsdagavond 19 augustus 1913 kwamen de voogden van het Gasthuis en Het Weeshuis in vergadering bijeen. Er werd besloten ‘aan de gemeente aan te bieden’ een ‘park met aanleg en beplanting, een tuinmanswoning en geheel compleet’.
Op 12 september 1913 kreeg de Bolswarder gemeenteraad vervolgens het plan voorgelegd om daarmee akkoord te gaan. De kosten zouden gedeeld worden door Stichting Sint Anthony Gasthuis en Stichting Het Weeshuis. De gemeenteraad stemde ermee in. De naam viel ook al: Julianapark, vernoemd naar de nog heel jonge kroonprinses Juliana.
.Het was stralend weer toen de Bolswarder notabelen op 16 september 1913 gezamenlijk het startschot gaven voor de realisatie van het park.
Rond het middaguur kwamen deze mannen (geen enkele vrouw) bijeen in het stadhuis: het college van b. en w., de gemeenteraad, de Feestcommissie, de voogden van het Sint Anthony Gasthuis en Het Weeshuis. Met een muziekkorps voorop wandelden ze naar het aan te leggen park. Daar was grote publieke belangstelling en volgden toespraken. De heer Banning, Gasthuisvoogd, hield een betoog waarin hij uiteenzette wat de bedoeling was. Hij nodigde vervolgens burgemeester Meindert Oberman (de plechtigheid vond plaats vlak naast diens huis op de Snekerweg) uit om op symbolische wijze een boom te planten. Dat deed Oberman gaarne. Daarbij benoemde hij in zijn dankrede de officiële naam van het a.s. park: Julianapark. Zo geheten tot op de dag van vandaag, met enige onderbreking tijdens de oorlogsjaren. Toen mocht een naam geen connecties hebben met de Oranjes.
Het parkontwerp
Lange tijd heb ik gemeend dat het ontwerp van het prachtige park het werk was van de Oostenrijker H. Meijer, die tijdens de Eerste Wereldoorlog onder de wapenen moest en van de radar verdween. Ik ontdekte onlangs dat het waarschijnlijk de Duitser Hinrich Meyer uit Rittergut Rohr bei Rummelsberg, in Pommeren, is geweest die het ontwerp maakte. Het was de firma Wybren Krijns en Co. uit Joure die het werk uitvoerde, waarbij een zekere Taconis dikwijls als hoofd uitvoering in archieven wordt genoemd. Deze persoon werd in de plannen voorafgegaan door tuinarchitect Janzen van Meppel. De totaalsom van de aanlegkosten heeft fl. 34016,28 bedragen. Deze som werd gelijkelijk verdeeld tussen de Bolswarder stichtingen Het Weeshuis en het Sint Anthony Gasthuis. Uiteindelijk ging men ook akkoord met een vaste jaarlijkse bijdrage van fl. 1600,00 in de onderhoudskosten. Dit alles onder de noemer ‘in het belang van het stedenschoon en de volksgezondheid’. Het Weeshuis stelde wel als voorwaarde ‘dat de wezen, in het gesticht verpleegd, op een of andere wijze daarvan kunnen genieten, zolang het park bestaat’.
Genoemde Janzen heeft, voorafgaande aan het definitieve voorstel van Meyer, een tweetal andere voorstellen gedaan. Hij stelde aan de voogden van het Sint Anthony Gasthuis voor een eigen park aan te leggen naast de pas gebouwde Zuivelschool. En hij had alvast een alternatief plan, want de geraamde kosten daarvan, fl. 20.000,=, achtte hij aan de hoge kant.
En toen was daar ineens het plan om het dan nog onbestrate Hengstepad (nu Broereplein) te renoveren en in te richten als parkje…
De plannen werden aan de Feestcommissie, officieel genaamd ‘Commissie 1813-1913 ter herdenking van 100 jaar onafhankelijkheid’, voorgelegd. Deze commissie onder voorzitterschap van K. Eisma ging niet akkoord met beide plannen. Ze besloot zelf het initiatief voor een plan te nemen.
Vervolgens kwam deze commissie met het idee om de achter de zuidelijke huizen van de Snekerweg (nu Snekerstraat) gelegen gronden ‘Hoge Fenne’ en het ‘Leenland’, in eigendom van Stichting Sint Anthony Gasthuis, te bestemmen als plaats voor een park. Waarmee de gemeenteraad uiteindelijk, op 12 september 1913, akkoord ging!
© Willem Haanstra
Deel 1 uit deze serie: https://www.brekt.nl/julianapark-bolsward-een-monumentaal-paradijs-1/