In de loop van vele eeuwen hebben zich straten en straatjes, pleinen en steegjes gevormd in de oude Bolswarder binnenstad. Oorspronkelijk langs de natuurlijke waterloop waaraan de latere stad ontstaan is (nog te herkennen aan het water langs Dijlakker en Marktstraat), later ook op en langs andere oeverwallen en kwelderruggen, aangevuld met opgeworpen wierden. En die straten, stegen en pleinen kregen namen. Eerst met die vanuit de ‘volksmond’, soms al genoemd op onze oudste stadsplattegronden. Later, na 1851, werden ze officieel vastgelegd door het plaatselijke bestuur.
We lopen deze straatnamen, kort en op alfabetische volgorde, langs en trachten de geschiedenis ervan en wat achter die namen schuilgaat, te ontdekken. Oude foto’s, meest uit de collectie van Tonnie Siemonsma, begeleiden de teksten.
6. Broereplein
Deze naam is vastgelegd bij raadsbesluit in 1950. Daarvoor was de naam Hengstepad. In het stadsfries Hienstepaad. En daar weer voor o.a. ook De Perde Merckt genoemd.
De namen zijn passend voor deze ruimte bij het voormalige klooster der Franciscaner Minderbroeders. Wat van dat klooster nog slechts rest is de bijzondere kloosterkerk, de Broerekerk. Alle andere gebouwen en kloosterruimten zijn in de loop der tijd weggebroken of door brand verwoest. De kerk mag zich het oudste nog bestaande gebouw van de stad noemen.
Op die Broerekerk kom ik een volgende keer uitgebreid terug.
De huidige naam Broereplein valt simpel te verklaren: het plein bij de Broerekerk. Het ligt aan de rand van een oeverwal van de Marne, in Bolsward nog duidelijk te herkennen als Hoogstraat en Heeremastraat. De wierde die daarop ontstond, zal oorspronkelijk dateren uit de jaren tussen 800 en 1000 na Christus.
Hoewel het nu afgebroken postkantoor van rijksbouwmeester Peters in het verleden aan de noordkant deel uitmaakte van het Hengstepad en vlak voordat het tot rijksmonument verklaard zou worden (dan zou afbraak uitgesloten zijn) op een kwalijke wijze werd gesloopt (zie hierover elders), was vroeger de relatie postkantoor/Broereplein vanzelfsprekend.
Hengstepad
De naam Hengstepad is wel bijzonder. Deze suggereert namelijk dat hier een pad liep waar paarden gebruik van maakten. Dat kan zeker het geval zijn geweest. Deze paarden konden dan afkomstig zijn uit het kloostercomplex zelf of, en dat lijkt aannemelijker, het pad kan gebruikt zijn door de paarden van het naastgelegen landadellijke geslacht van de Heerema’s of zelfs de Juwinga’s (Jongema’s), vanuit een iets verderop (hoek Kerkstraat/Jongemastraat) gelegen stins. Via dat ‘pad’ gingen ze dan naar een paardenwei, nabij het klooster.
In de late middeleeuwen en de 16e eeuw werden op het terrein aan de westkant van het kloostercomplex ook jaarlijkse paardenmarkten gehouden. Deze waren tot ver buiten Friesland bekend. Deze markten vonden plaats aan de noordwestkant van de kloosterkerk, tot aan het gebied van de Juwenga’s. Het kloosterterrein, inclusief de kloosterkerk, was omheind met een muur. Binnen die muur lag aan de zuidwestkant een begraafplaats. Deze werd het Kleine Kerkhof genoemd. Daarbuiten vond dus de paardenmarkt plaats.
Tijdens de reformatieperiode, tussen 1570 en 1580, zal het klooster na felle plaatselijke strijd overgaan in reformatorische handen. Van het complex blijft slechts de kerk bewaard, en dan ook nog door ingrijpen tegen afbraak (1623) van een lid van de plaatselijke vroedschap, Johannes Heerma. In 1580 verlaten de laatste monniken het klooster, dat daarna, op de kloosterkerk na, wordt afgebroken.
Veelzijdig gebruik
Het plein is in de loop der tijd, met name nadat rond de eeuwwisseling het wegdek verhard is, gebruikt voor diverse doeleinden: sportwedstrijden, kermissen, markten en andere evenementen.