Categorieën
Boeken Fryslân Literatuur Overpeinzingen uit Koudum Sneek

BOEKPRESENTATIE VAN TWEE DICHTBUNDELS IN SNEEK

Het was herfstig weer toen ik dinsdag vroeg in de avond van Koudum naar Workum fietste, maar ik kwam gelukkig aardig droog over. De auto, met daarin de dozen met boeken stond al klaar en zo toog Utjouwerij DeRyp naar boekhandel Van der Velde in Sneek. Daar zou de presentatie plaatsvinden van twee dichtbundels van Utjouwerij DeRyp die vers van de pers kwamen.

Ruim dertig mensen waren op deze boekpresentatie afgekomen. Onder de aanwezigen maar liefst drie winnaars van de Gysbert Japicxpriis, onder wie natuurlijk Abe de Vries die verantwoordelijk is voor beide gepresenteerde bundels: zijn elfde Friese dichtbundel, Bloedprikke, en een bloemlezing van gedichten van de Nederlandse dichter H.H. ter Balkt met Friese vertalingen door De Vries.

Abe de Vries spreekt zijn publiek toe. © Utjouwerij DeRyp

Ik mocht de avond presenteren en begon met het citeren van de uitnodiging voor deze boekpresentatie waarin Abe de Vries een van de belangrijkste Friese dichters van de 21e eeuw genoemd wordt. Ik noemde dat een politiek-correcte omschrijving van de uitgeverij en wilde persoonlijk nog wel een stapje verder gaan door De Vries de belangrijkste Friese dichter van deze eeuw te noemen. Niet voor niets kreeg hij in 2005 al de Gysbert Japicxpriis voor zijn tweede bundel In waarm wek altyd.

De presentatie van Friduwah Riemersma. © Utjouwerij DeRyp

Nadat Abe de Vries zelf wat verteld had over de opbouw van de bundel Bloedprikke en enkele gedichten uit Bloedprikke voorgelezen had, overhandigde hij het eerste exemplaar van deze bundel aan Friduwih Riemersma. Riemersma zei liever niet over poëzie te willen praten en zich al helemaal niet druk te willen maken over wie de beste poëzie schrijft of de beste dichter is. Nee, zij wilde het hebben over concrete gedichten en gaf daarna een schoolvoorbeeld van hoe je een gedicht kan lezen door in het korte bestek van haar toespraakje drie gedichten uit Bloedprikke onder de loep te nemen.

Eén van die gedichten was ‘Sinneblom yn it fjild’, over een zonnebloem die als enige eind oktober nog in het veld staat. De ik-figuur zegt in de eerste regels van het gedicht dat hij de zonnebloem wel in het voorjaar had willen kennen, maar, zo zei Riemersma, teruggaan in de tijd kan nu eenmaal niet. Maar niet voor niets heeft de dichter boven het gedicht gezet dat het gemaakt is naar aanleiding van een foto. En dat kan de dichter wel: even de tijd stilzetten en vervolgens kan de lezer erover nadenken wat de dichter daarmee wil zeggen.

Na de pauze mocht ik namens Utjouwerij DeRyp Jij, laatste rebel! / Do, lêste rebel! aankondigen, een bloemlezing met 45 gedichten van de Nederlandse dichter H.H. ter Balkt met de Friese vertalingen van Abe de Vries. Hoewel, zo zei ik, de Nederlandse dichter H.H. ter Balkt? Misschien kan beter gesproken worden van de Oost-Nederlandse of Twentse dichter H.H. ter Balkt, want het platteland is nadrukkelijk aanwezig in zijn gedichten. Dat is ook een van de aspecten waarop Abe de Vries zijn keuze van de gedichten heeft gebaseerd.

Goffe Jensma aan het woord. © Sjieuwe Borger

Emeritus-hoogleraar Goffe Jensma hield een praatje dat hij de titel had gegeven ‘Ik hie myn paad fûn’,  ‘Ik had mijn weg gevonden’. Het bleek dat zijn weg naar de poëzie, naar ‘het onzegbare’ zoals hij dat noemde, was begonnen met de dichtbundel Groenboek (1973) van Habakuk II de Balker, het pseudoniem dat Ter Balk destijds gebruikte. Jensma was blij dat hij de poëtische stem die hij vijftig jaar geleden had gevonden via de Nederlandse gedichten van Ter Balkt nu ook in zijn moedertaal, het Fries, kon horen met dank aan Abe de Vries. Tenslotte las Jensma het gedicht ‘Eigen weg’ van Ter Balkt voor, in de vertaling van De Vries: ‘Eigen dyk’.

Abe de Vries overhandigt het eerste exemplaar van Jij, laatste rebel / Do, lêste rebel aan CdK Brok. © Sjieuwe Borger

Ook Abe de Vries las daarna een paar gedichten van Ter Balkt voor, zowel in het Nederlands als in het Fries en gaf Commissaris van de Koning Arno Brok het eerste exemplaar van Jij, laatste rebel / Do, lêste rebel. De heer Brok prees zowel de uitgever als de vertaler voor het werk om dergelijke uitgaven mogelijk te maken. Want, zo zei hij – in het Fries uiteraard – het blijft belangrijk om aandacht te besteden aan mooie poëzie, ook al is de dichter zelf overleden. En door deze dichtbundel met vertalingen wordt niet alleen de aandacht weer gevestigd op de Nederlandse dichter H.H. ter Balkt, maar ook op de Friese taal.

Gelukkig voor de uitgeverij én boekhandel Van der Velde werden na afloop van deze boekpresentatie aardig wat van de gepresenteerde dichtbundels gekocht. En natuurlijk gesigneerd door de dichter of de vertaler.

© Jelle van der Meulen