(tekst: LTO Nederland)
Deze en volgende week houden alle organisaties die deelnemen aan de hoofdtafel van het landbouwakkoord een ‘bestuurlijke consultatie’ onder hun eigen bestuurders. Gisteren vond deze consultatie plaats binnen LTO. Het LTO-bestuur heeft de voorstellen en afspraken uit de huidige versie van het landbouwakkoord besproken met vakgroep-voorzitters en portefeuillehouders.
In algemene zin was er vanuit onze vakgroep-voorzitters en portefeuillehouders unaniem instemming met de lijn die het LTO-bestuur hanteert: de huidige teksten bieden op belangrijke thema’s onvoldoende perspectief voor agrarische sectoren. Het bestuur voelt zich gesterkt om stevig vast te houden aan de ingeslagen weg: blijven benadrukken dat boeren en tuinders een landbouwakkoord uiteindelijk zullen afwegen op de centrale vraag: biedt dit akkoord onze leden perspectief om ook in de toekomst een gezond bedrijf te draaien, met ruimte voor ondernemerschap, ondersteuning van het transitieproces en borging van een goed verdienmodel? Een positief antwoord op die vragen is noodzakelijk voor herstel van vertrouwen tussen de agrarische sector en de overheid.
Kritiekpunten die tijdens de consultatie werden benoemd, zijn deels heel concreet. Bijvoorbeeld de breed gedeelde zorg dat het kabinet echt op de verkeerde weg zit door te focussen op GVE- of grasland-normen voor de melkveehouderij. Voor een ander deel waren de zorgen meer breed gefundeerd. In de huidige teksten zijn toekomstige verplichtingen voor agrarische sectoren in beton gegoten, terwijl maatregelen die daar tegenover staan om boeren en tuinders te ondersteunen bij de transitie blijven steken op het niveau van voornemens en intenties. Alle bestuurders zijn het erover eens dat de kern van een landbouwakkoord juist zou moeten draaien om de vraag hoe boeren en tuinders– ook in de toekomst – verzekerd zijn van een robuust verdienmodel.
Over twee à drie weken komen de Landbouwakkoord-partijen weer bijeen aan de hoofdtafel. Dan is het aan het kabinet om te laten zien dat ze deze kritiekpunten ter harte heeft genomen, en wij zullen de tekst die dan voorligt daar kritisch op beoordelen. Voor LTO is dat ook het definitieve moment waarop we ‘ja’ of ‘nee’ willen zeggen tegen de voorliggende tekst. Tweemaal eerder hebben we na een deadlines toch nog een nieuwe fase van onderhandelingen doorgevoerd – driemaal is scheepsrecht. Als wij van mening zijn dat het conceptakkoord voldoende positieve elementen bevat, zullen we het vervolgens aan onze leden voorleggen. Zij hebben het laatste woord.
Ook kunt u raadplegen: https://www.lto.nl/bestuurlijke-consultatie-landbouwakkoord-door-lto-bestuurders/