In de loop van vele eeuwen hebben zich straten en straatjes, pleinen en steegjes gevormd in de oude Bolswarder binnenstad. Oorspronkelijk langs de natuurlijke waterloop waaraan de latere stad ontstaan is (nog te herkennen aan het water langs Dijlakker en Marktstraat), later ook op en langs andere oeverwallen en kwelderruggen, aangevuld met opgeworpen wierden. En die straten, stegen en pleinen kregen namen. Eerst met die vanuit de ‘volksmond’, soms al genoemd op onze oudste plattegronden. Later, na 1851, werden ze officieel vastgelegd door het plaatselijke bestuur.
We lopen deze straatnamen, kort en op alfabetische volgorde, langs en trachten de geschiedenis ervan en wat achter die namen schuilgaat, te ontdekken. Oude foto’s, meest uit de collectie van Tonnie Siemonsma, begeleiden de teksten.
9. Dijkstraat
Een eeuwenoude oeverwal langs de Marneslenk werd in de loop van de Middeleeuwen op talrijke plaatsen verhoogd, door grootgrondbezitters (boeren) en monniken vooral. In de 12e eeuw, wanneer het gezag voor waterkeringen rond Bolsward voornamelijk bij de grietman van Wonseradeel komt te liggen, ontstaat er eenduidigheid in de aanpak van het opwerpen van de ontstane Marnedijk. Deze strekte zich zo ongeveer uit van de Kliuw, achter Hartwerd, tot aan de Abe Heeringazijl bij Achlum. Op beide plaatsen reikend tot de Slachtedyk.
Ook de dan, rond 1100 na Chr., nog kleine nederzetting Bolsward kwam binnen deze Marnedijk te liggen. Vanuit het oosten werd de dijk opgeworpen vanaf de Trije Diken bij Hartwerd en ‘slingerde’ richting Bolsward. Na de aanleg in 1844 van de verharde weg naar Sneek (een Macadamweg) zijn de dijkjes nog hier en daar duidelijk in het landschap te herkennen.
Aan de noordwestkant van Bolsward liep de Marnedijk van de Marnezijl met soms wijde bochten langs Schettens, Witmarsum en Arum naar Achlum.
Hoogten binnen Bolsward
De dijkophoging binnen het huidige Bolsward is nog steeds duidelijk te herkennen: vanaf de Blauwpoortsbrug over de Dijkstraat, Hoogstraat, Heeremastraat, Snekerpoort (lange tijd de Dijk geheten) tot aan de nu helaas door bebouwing verdwenen dijken op de plek van het Julianapark en omgeving.
Deze dijk, voornamelijk opgeworpen op een oeverwal, beschermde de stad tegen het hoge water van de Marne, een slenk met open verbindingen met Vlie en Noordzee. Tijdens de late Middeleeuwen was het deze verbinding met de open zee die er voor zorgde dat Bolsward zich kon ontwikkelen dankzij overzeese handel tot stad van betekenis in het huidige Fryslân. Op het eind van de Middeleeuwen vond geleidelijk aan de overgang naar een agrarische stad plaats. De Marneslenk werd ingepolderd, waarmee de scheepsverbinding met het open water diende plaats te vinden via de Makkumervaart en de sluis in Makkum.
Het was dus heel begrijpelijk dat aan Bolswarder straten namen werden gegeven die zouden herinneren aan deze Marnedijk: de Dijkstraat, en de Dijk waarover later meer. En ook nog een industrieterrein, vernoemd naar de Marne.
Op dit kaartje, van ong. 1532, is de loop van de Marnedijk binnen Bolsward duidelijk te zien. De oorspronkelijke waterloop, komende via Hartwerd uit de Middelzee, die langs de kwelderrug van de Kerkstraat liep, was het water dat langs de huidige Dijlakker stroomde tot aan de oeverwal van de Marneslenk en daar rechtsaf sloeg langs Marktstraat en Dijkstraat. Centraal op het kaartje wordt de bestuurswierde en deels daarop de handelswierde aangegeven. (afb. Cart. Bur. MAP, Amsterdam)
De Dijkstraat
Deze oude straat loopt aan de zuidkant vanaf de Blauwpoort tot aan het Marktplein. Een relatief kort gedeelte bevindt zich aan de noordkant, van het Marktplein tot aan het Skilwyk. Ze vormt met de Bargefenne (zie daar) een tweelingstraat die tot kort voor 1900 een eenheid was. In 1896 werd het grachtje (een oorspronkelijke waterloop, in de loop der eeuwen gekanaliseerd, waarlangs Bolsward zich ontwikkeld heeft) gedempt. Gezondheidsredenen waren de argumenten daarvoor. Tegelijk werden (gegraven) grachtjes aan het Skilwyk gedempt. Wie de betreffende raadsnotulen leest, zal zien dat er ook aangedrongen werd op het dempen van grachtjes elders, zoals langs de Broerestraat en de Kampen. De kosten daarvoor waren de belangrijkste argumenten om dat niet te doen. Niemand sprak nog over stadsschoon of toerisme. Gezondheidsredenen en kosten waren de doorslaggevende factoren voor de aanpak van de dempingen.
Twee eeuwen geleden was de naam voor de huidige Dijkstraat de Dijk. Gelijkluidend aan die van de huidige Snekerpoort. Deze straten waren verrezen aan en op de oeverwal, de latere Marnedijk. Tussen 800 en 1200 zal deze waterkering ook al kunstmatig verhoogd zijn. Bij gebrek aan grondig archeologisch onderzoek is niet aan te geven waar en wanneer daar wierden zijn gevormd.
Bolsward, ontstaan op een drietal wierden (grofweg de kerkwierde waarop de Martinikerk staat, ook wel de kerkwierde of Hockaerd – wierde op de hoek – genoemd, de bestuurswierde – de wierde die we nog kunnen zien aan de zuidkant van de Kerkstraat – en de handelswierde, die we nog heel duidelijk kunnen herkennen aan de restanten van de Marnedijk, dus met name de met afval en plaggen flink opgehoogde Hoogstraat en Heeremastraat) ontwikkelt zich met name na de aanleg van de Marnedijk tot een handelsstad met overzeese handel. In het Oostzeegebied werden Bolswarder munten gevonden, al uit midden 12e eeuw! Na 1500 werd de handel waar Bolsward door opbloeide voornamelijk een agrarische.
(Voor de Dijkstraat zouden alfabetisch gezien nog de Driekronensteeg en de Driepostensteeg genoemd moeten worden, maar deze komen later in de reeks, WH.)
Hieronder een reeks foto’s uit de collectie van Tonnie Siemonsma:
© Willem Haanstra