Categorieën
Cultuur Geschiedenis Godsdienst

VROEGER BEGON DE ADVENT MET SINT-MAARTEN

De Advent, die tegenwoordig vaak wordt geassocieerd met de voorbereidingen voor Kerstmis, heeft zijn oorsprong in oude tradities, waaronder de viering van Sint-Maarten op 11 november.

Bij ons thuis was het gebruikelijk om aan Sint-Maartensvasten te doen. Deze praktische en spirituele discipline werd enkele dagen per week toegepast, hetgeen vooral door mijn opa en oma, die op onze boerderij woonden, werd aangemoedigd. Hun toewijding aan deze traditie droeg bij aan de rijke historie van de Advent in ons gezin.

Eenvoudig gerekend begint de Advent vier zondagen voor Kerstmis, met de eerste zondag na het feest van Sint-Siricius op 26 november. De lengte van de Adventsperiode kan daardoor variëren, maar feitelijk omvat deze altijd vier zondagen.

Opletten geblazen als de kerstboom vlam vat door de brandende kaars.

Veel van de voorbereidingen voor Kerstmis vonden plaats op de lagere school. Ik kan me nog goed herinneren dat we Adventsliedjes zongen, geleid door het hoofd van de school, zelf ook actief als dirigent van het parochiekoor.

Het is opmerkelijk dat de adventskalender met chocolaatjes in die tijd nog niet bestond, maar wel de traditionele adventskrans met kaarsjes. Deze gebeurtenissen markeerden de opwinding en vreugde die de Advent met zich meebracht.

En dan was er het hoogtepunt van het jaar: Kerstmis. Samen met mijn vader trokken we met paard en kar naar het bos om de perfecte boom te zoeken. We hakten de boom niet zomaar om; desnoods namen we de top van een mooi dennenboom mee als Kerstboom.

Thuis hielpen wij met het versieren van de boom, waarbij we ons beperkte middelen gebruikten: een paar kerstballen, een vogeltje op een knijper, watten, engelenhaar en kaarsjes.

Veiligheid was van groot belang, we moesten ervoor zorgen dat de takken niet te laag waren vanwege de vlammen van de kaarsjes, want elektrische kaarsen waren er op de boerderij nog niet.

Het versieren van de kerstboom.

De kerstgroep bestond uit gipsen beeldjes die vaak opnieuw waren geplakt en geschilderd. Het grote moment kwam toen we, onder toezicht van onze ouders, de kaarsjes mochten aansteken. Mijn vader had altijd een emmer water klaarstaan voor het geval er iets mis zou gaan.

Na het zingen van kerstliedjes bliezen we de kaarsjes weer uit, en de geur van de gedoofde kaarsen bleef nog even in de lucht hangen.

Deze herinneringen aan de Advent en de voorbereidingen voor Kerstmis zijn kostbaar en vormen een essentieel deel van mijn jeugd.

Sjra Clerkx

Deze bijdrage is ook te lezen op Facebookpagina Het oude boerenleven in Nederland.