De achttien aanwezigen brengen tijdens ‘Praat van Sneek’ op zondag 10 december sterke inhoudelijke argumenten naar voren over een serie vraagstukken die betrekking hebben op het politieke beleid van het college van Súdwest-Fryslân. Iedereen aan de gezellige stamtafel in Aan de gracht realiseert zich dat de slechte opzet en uitvoering van de autoluwe proef niet de enige bottleneck in de regio Sneek is.
Aletta Jellema, commissielid van de PVV, brengt naar voren dat de politiek in algemene zin met teveel regels op de proppen komt. En het zou wethouder Rietman sieren dat hij erkent dat de autoluwe proef niet het succesverhaal is geworden, waarop hij had gehoopt, aldus Jellema.
De woorden van Petra Kwast, die samen met haar partner Salas al Mahdawy eigenaar is van de Oosterse Markt aan de Singel, sluiten daarbij aan. Ze vertelt dat de winkel in enkele jaren een groei doormaakt van 20%, maar in 2024, het jaar van de autoluwe proef, een omzetdaling van 20% heeft. Ook wijst Kwast op de ingewikkelde compensatieregeling van Súdwest, waardoor sprake is van een ontmoedigingsbeleid.
Lida Kedde, eigenaar van snackbar de Polle, is ontevreden over het ontvangen van 13 waarschuwingsbrieven, gestuurd door Súdwest, omdat zij het doorrijverbod op de Singel negeert. Daarnaast vertelt Kedde dat het lastig is de juiste persoon van de gemeente aan de lijn te krijgen.
Thijs Peetsma, de succesvolle organisator van de protestmanifestatie tegen de autoluwe proef in januari 2024, brengt naar voren dat de aanpak van autoluwe centra, gebaseerd op theoretisch onderzoek, een positief effect op de leefbaarheid kan hebben, indien een goed alternatief voor het verkeer voorhanden is. En dat is in de Waterpoortstad jammer genoeg niet het geval.
Bob Kenter brengt naar voren dat in het document ‘stand van zaken proef autoluw binnenstad’ staat dat het aantal passanten in augustus 2024 1.100.000 bedraagt. Dat komt neer op 35.000 passanten per dag en dit is klinkklare nonsens, aldus Kenter, want de infrastructuur van de binnenstad zou dergelijke stromen dag in dag uit nooit kunnen verwerken. Bij deze aantallen zou de binnenstad compleet vastlopen en zou overig verkeer n.m.m. totaal onmogelijk zijn.
Alleen op een topdag in b.v. de Sneekweek zou een dergelijk aantal bezoekers misschien mogelijk zijn en verwerkt kunnen worden. Daarbij merk ik dan wel op dat er in die periode extra verkeersmaatregelen voor de binnenstad worden getroffen.
GroenLinks-raadslid Edwin Cnossen ziet graag dat het college de leiderschapsrol oppakt die de binnenstad van Sneek nu zo hard nodig heeft. De energie die nu te vaak op onderlinge strijd gericht is, moet worden omgebogen naar een gezamenlijke inzet voor een aantrekkelijker binnenstad. We hebben een visie nodig die ondernemers, inwoners verbindt en inspireert. Hoewel er al wordt gewerkt aan zo’n visie – iets wat we eigenlijk gisteren al nodig hadden – moeten we nu vooruitkijken.
Verder is Cnossen van mening dat een concrete ambitie moet worden geformuleerd, zoals: Binnen vijf jaar willen we weer in de top 3 van beste binnensteden van Nederland staan. Op deze wijze is er een duidelijke stip aan de horizon die richting biedt.
Uitdagingen zoals leegstand, het gebrek aan een sterke markt en het aanpakken van verloederde panden kunnen, volgens het raadslid, alleen in samenwerking worden opgelost. Ondernemer Kwast wijst erop dat nogal wat panden in de binnenstad in handen zijn van vastgoedbedrijven en dit beschouwen als een beleggingsvorm. Het algemeen belang van de binnenstad is in deze context niet de meest primaire zorg.
Aukje Poepjes valt het op dat iedereen iets naar voren brengt wat niet klopt bij de gemeente. De theoretische uitgangspunten van Súdwest sluiten niet op elkaar aan. Ik onderschrijf wat Cnossen zegt dat er een visie moet komen en ben benieuwd hoe die gestalte krijgt.
PVV-raadslid Cees Riezebos, ondernemer in hart en nieren, brengt de thematiek aan tafel in een breder verband en wijst op de terugloop van het toerisme in de Zuidwesthoek. In zijn betoog stipt hij de achteruitgang van het aantal accommodaties voor gasten aan, zoals de sluiting van hotel de Galamadammen in 2020. Daarnaast dient het bedrijfsleven, volgens hem, veel meer betrokken te worden bij beleid dat voor deze belangrijke maatschappelijke groep bestemd is. Daar kan ondernemer Kwast zich in vinden, want ondernemers hebben veelal goede ideeën en verstand van wat werkt.
Wiebe Dooper