De infrastructurele malaise in Fryslân duurt voort. De sluiting van de Prinses Margriettunnel in de A7 duurt langere tijd. Ook belangrijke bruggen verkeren in slechte staat. Over de voorgeschiedenis van het Prinses Margrietkanaal wordt weinig geschreven. Deze bijdrage gaat daarover.
Formeel is de provincie Groningen een belangrijke aanjager van de totstandkoming van het Prinses Margrietkanaal. Vanaf 1917 pleitte de zogeheten Commissie voor de Verbetering van de Scheepvaartweg Groningen-Lemmer voor een betere vaarweg naar de Zuiderzee. De route langs Harlingen en Leeuwarden duurde te lang. Sneek wilde dat deze nieuwe vaarroute bij de Waterpoortstad langsging.
Ir. D.F. Wouda, hoofdingenieur Provinciale Waterstaat in Friesland, stelde in 1931 voor om het traject langs Sneek en IJlst richting Stavoren aan te leggen. De Groningers waren daar in eerste instantie ook voor te vinden. Maar in 1938 schakelde de minister van Waterstaat over naar Lemmer als eindpunt. Dit maakte in Sneek ‘een hoogst onaangenamen indruk’. De Houkesloot, in het kader van een werkverschaffingsproject in 1933 verbeterd, werd een zijtak van dat nieuwe kanaal.
De graafwerkzaamheden van het kanaal waren reeds in 1929 vanuit Groningen begonnen. Het traject in deze provincie in 1938 werd het Van Starkenborghkanaal genoemd.
Het Friese deel van het lange kanaal tussen Groningen en Lemmer werd in 1955 vernoemd naar Prinses Margriet. In de jaren dertig was men begonnen met het graven van dit traject en de laatste stukken na de oorlog. In 1951 werd deze vaarroute opengesteld.
Bijgaande foto: Luchtfoto uit 1949 van de aanleg van het Prinses Margrietkanaal tussen de Grote Brekken en het IJsselmeer, met rechts het ir. D.F. Woudagemaal te Lemmer. Negatiefnummer 24952.
Fotograaf: Aviodrome Luchtfotografie, Lelystad: voorheen KLM Aerocarto.
Wiebe Dooper
Geraadpleegde bronnen
Meindert Schroor, eindred. Sneek van veenterp tot waterpoortstad. Leeuwarden MMXI.